Glas is een vast en doorzichtig materiaal dat in ons dagelijks leven voor tal van toepassingen wordt gebruikt. Glas wordt gemaakt van natuurlijke en overvloedige grondstoffen (zand, natriumcarbonaat en kalksteen) die bij zeer hoge temperatuur worden gesmolten tot een nieuw materiaal: glas. Bij hoge temperatuur lijkt glas structureel op vloeistoffen, maar bij omgevingstemperatuur gedraagt het zich als vaste stof. Daardoor kan glas worden gegoten, geblazen, geperst en in allerlei vormen worden gegoten. |
De fabricage van glas heeft een eeuwenoude traditie die teruggaat tot ongeveer 3500 v. Chr. toen glas naar men aanneemt voor het eerst kunstmatig werd geproduceerd in Egypte en Mesopotamië om te worden gebruikt als juwelen en later als vaten. Sindsdien zijn de processen voortdurend geëvolueerd van vakmanschap tot de huidige hoogtechnologische industriële processen en is het aantal glassoorten en -toepassingen verveelvoudigd.
Glas heeft als geen andere stof vorm gegeven aan het culturele erfgoed, de regio’s, de industrie, de levensomstandigheden, de technologische toepassingen, enz. van Europa. Denk maar aan glazen meesterwerken zoals Boheems kristal, het Italiaanse eiland Murano, de Mirros-galerij van het paleis van Versailles of glas-in-lood in kathedralen.
Glas is tegenwoordig overal om ons heen en blijft baanbrekende oplossingen bieden, hetzij op zichzelf, hetzij gebruikt in combinatie met andere materialen voor high-tech toepassingen; een trend die zich in de toekomst hoogstwaarschijnlijk zal voortzetten.
Glasproductie
De glasindustrie wordt gekenmerkt door een veelheid aan productieprocessen, afhankelijk van het vervaardigde eindproduct en de eindtoepassingen. Al deze productieprocessen hebben echter een gemeenschappelijke oorsprong: glas moet eerst worden gesmolten!
Voor het smelten van glas zijn grondstoffen nodig, die van tweeërlei aard zijn: verschillende soorten zand en gerecycleerd glas. Deze grondstoffen worden gemengd, in een oven geladen waar ze bij ongeveer 1500°C worden gesmolten tot gesmolten glas. Het gesmolten glas wordt dan uit de oven gehaald om te worden gevormd en vervolgens afgekoeld. Voor veel toepassingen kan het verkregen glas verder worden bewerkt om specifieke eigenschappen te verkrijgen, zoals een grotere mechanische sterkte en een hogere breukvastheid.
De exacte samenstelling van glas kan variëren om aan specifieke toepassingsvereisten te voldoen, maar de meest gebruikte glassoort, soda-kalkglas, wordt gemaakt van silicazand, natriumcarbonaat, kalksteen, dolomiet en glasscherven (gerecycled glas). Extra materialen zoals ijzeroxide of kobalt kunnen aan het mengsel worden toegevoegd om het glas een groene of blauwe kleur te geven.