Een populaire methode om na te denken over duurzaamheid is de drievoudige bottom line-benadering. De drie bottom lines, of pijlers, zijn:
1) Milieuduurzaamheid
Onze meest basale behoeften: onvervuilde lucht, schoon water en vers voedsel, komen allemaal uit ons milieu, net als de energie en grondstoffen die we nodig hebben voor bouw en transport. Duurzaamheid van het milieu is essentieel als we over de middelen willen beschikken en blijven beschikken om in onze behoeften te voorzien. In de breedste zin van het woord heeft milieuduurzaamheid betrekking op het gehele mondiale ecosysteem (oceanen, zoetwatersystemen, land en atmosfeer). De beginselen van milieuduurzaamheid kunnen echter ook worden toegepast op ecosystemen van elke omvang, zelfs tot op de schaal van een kleine huis-tuin.
2) Sociale duurzaamheid
Een sociaal duurzame samenleving is een samenleving waarin alle leden gelijke rechten hebben, allen gelijkelijk delen in de maatschappelijke voordelen, en allen gelijkelijk deelnemen aan het besluitvormingsproces. Bovendien is een samenleving niet duurzaam als zij sneller hulpbronnen verbruikt dan deze op natuurlijke wijze kunnen worden vernieuwd, meer afval loost dan natuurlijke systemen kunnen verwerken zonder te degraderen, of voor haar basisbehoeften afhankelijk is van verre bronnen. Net als bij milieuduurzaamheid kunnen de beginselen van sociale duurzaamheid worden toegepast op samenlevingen van elke omvang. Een van de grote uitdagingen van duurzaamheid is bijvoorbeeld om tegelijkertijd de consumptie in de ontwikkelde wereld te verminderen en de levensstandaard in de ontwikkelingslanden te verhogen – we moeten verantwoordelijke wereldburgers zijn door elke dag weloverwogen keuzes te maken in onze huizen en gemeenschappen.
3) Economische duurzaamheid
Economische duurzaamheid gaat over veel meer dan de aanhoudende groei van hulpbronnen en winstmarges. Economische duurzaamheid houdt rekening met de sociale en ecologische gevolgen van economische activiteit. We moeten zorgvuldig rekening houden met de volledige levenscyclus van onze goederen, vanaf de winning van grondstoffen, via verwerking, fabricage, distributie, gebruik, onderhoud, reparatie, en uiteindelijk recycling of verwijdering (het wieg-tot-graf paradigma).