Wat een goede vraag! Ik weet niet in hoeveel details je geïnteresseerd bent, maar hier is het korte antwoord. Insuline wordt gemaakt in een speciale, niet-ziekteproducerende laboratoriumstam van E. coli-bacteriën (niet dezelfde soort die diarree en nierproblemen veroorzaakt, zoals u wellicht weet) die genetisch is gewijzigd door toevoeging van het gen voor de menselijke insulineproductie. De bacterie produceert de insuline die vervolgens chemisch wordt geoogst uit het medium waarin de bacterie is gekweekt, gezuiverd en klaargemaakt voor menselijk gebruik.
Hier is het lange antwoord, als u geïnteresseerd bent:
De moderne biotechnologie begon toen in 1982 in de Verenigde Staten voor het eerst recombinant menselijke insuline op de markt werd gebracht. De inspanningen die tot deze mijlpaal leidden, begonnen in het begin van de jaren zeventig, toen onderzoekswetenschappers protocollen ontwikkelden om vectoren te construeren, door stukjes DNA uit te knippen en aan elkaar te plakken om een nieuw stuk DNA (recombinant DNA) te creëren, dat in de bacterie Escherichia coli kon worden ingebracht (transformatie). Als een van de stukjes van het nieuwe DNA een gen bevat dat een eiwitenzym produceert dat een bepaald antibioticum afbreekt, zou de bacterie resistent zijn tegen dat antibioticum en kunnen groeien in een medium dat dat antibioticum bevat. Aan het stukje DNA dat Escherichia coli resistent maakte tegen een bepaald antibioticum werd het menselijke gen voor de aanmaak van insuline toegevoegd. Als dit recombinant-DNA met het menselijke insulinegen werd gebruikt om Escherichia coli te transformeren en de bacteriën werden uitgezet op een agarplaat met het antibioticum, bevatten de bacteriën die groeiden niet alleen het antibioticumresistente gen maar ook het insulinegen. Vervolgens werden nieuwe stukjes DNA toegevoegd om de expressie van het menselijke insuline-gen te bevorderen, zodat dit nieuwe recombinant-DNA (expressievector) kon worden gebruikt om Escherichia coli te transformeren. Aldus werden grote hoeveelheden menselijk insuline boodschapper-RNA gevormd, die op hun beurt werden vertaald in grote hoeveelheden van het menselijk insuline-eiwit, dat vervolgens kon worden geoogst uit het medium waarin de getransformeerde Escherichia coli werd gekweekt. Deze insuline kon vervolgens op de markt worden gebracht als de van mensen afgeleide insuline die thans op de markt is. Verschillende soorten insuline (Regular, NPH, Ultralente, Lente, Glargine enz.) kunnen worden gemaakt door de DNA-vector die in de E. coli-bacterie is ingebracht, te veranderen of door de insuline, nadat deze is geproduceerd, te wijzigen. Hierdoor zou de structuur van het insuline-eiwitmolecuul veranderen, wat zou resulteren in langer of korter werkende insulines.
MSB