Het graan passeert tijdens het maalproces een reeks walsen en zeven:
Breekwals
Dit zijn geribbelde walsen die met hoge snelheid in tegengestelde richtingen ronddraaien. Ze zijn zorgvuldig ingesteld, zodat de tarwe, wanneer deze ertussen passeert, niet wordt geplet, maar wordt opengeschild. Zo komt het meelachtige binnenste endosperm vrij zonder dat de buitenste zemellagen in kleine stukjes breken.
Zeven
De geopende graankorrel gaat door een serie roterende zeven. Er zijn er ongeveer 10 tot 12, die onder elkaar zijn geplaatst. De grofste mazen bovenaan verwijderen de zemelen en vervolgens de fijnste nylonzeven die het meel scheiden. In elk stadium van het zeven wordt het ruwe materiaal verwijderd, om het opnieuw door walsen te laten gaan om het verder te breken.
De Zuiveringsinstallatie
Dit scheidt de lichtere deeltjes van het griaan, zoals de zemelen, van de zwaardere deeltjes van het endosperm. Dit wordt gedaan door een luchtstroom door de zeef te leiden, zodat de verlichte zemelen boven op de zwaardere witte delen ‘zweven’, die door de zeef worden geschud.
Reduceerwals
De korrels endosperm zijn in dit stadium nog vrij groot en moeten verder worden vermalen. Dit wordt gedaan door ze door een reeks gladde stalen ‘verkleiningswalsen’ te laten gaan tot een fijn meel is geproduceerd.
Verpakken
Het meel en de zemelen worden, elk in hun eigen kanaal, van een aantal verschillende machines verzameld en uiteindelijk ofwel naar bulkopslagbakken of naar verpakkingsstations gebracht. Van daaruit wordt het meel afgevuld in papieren zakken van 1 of 2 kg voor huishoudelijk gebruik of in zakken voor kleine bakkerijen enz. Meel wordt ook met bulktankwagens naar grote bakkerijen verzonden.