De 30/30 Regel
Velen van ons hebben gehoord dat als je de bliksemafstand van jou tot een inslag bepaalt door het aantal seconden te tellen tussen het horen van de donder en het zien van een blikseminslag, dat dat is hoe ver weg in mijlen de bliksem is (niet waar). Dit begrip wordt eigenlijk “flash-to-bang” methode genoemd vanwege de tijd tussen het zien en horen van de bliksem. Flash-to-bang is echt, maar niet op de manier zoals we traditioneel geloven.
Statistieken tonen aan dat de meerderheid van de mensen die door de bliksem worden getroffen, worden getroffen voor of na een onweersbui, niet tijdens. Aangezien bliksemletsel vaak een leven lang duurt, is het verstandig om met wetenschappelijke nauwkeurigheid te weten hoe ver de bliksem werkelijk verwijderd is van waar u zich bevindt als er duidelijk sprake is van onweer.
Bliksem komt eerst en daarna komt de donder. Het zien en horen van bliksem en donder kan worden gebruikt om jezelf en anderen te beschermen als je de 30/30 regel begrijpt. De eerste 30 is 30 seconden. Als het minder dan 30 seconden duurt om donder te horen na het zien van een bliksemflits, is de kans groot dat u door de bliksem getroffen wordt omdat de bliksem zich binnen 6 mijl van uw locatie bevindt. Op dat moment moet men een goede schuilplaats voor het onweer zoeken en tot 30 minuten (de tweede 30) na het horen van de laatste donder in die schuilplaats blijven.
De juiste methode om de bliksemafstand te berekenen
De volgende tabel is de juiste Flash-to-Bang schattingen berekend op basis van de snelheid van het geluid op zeeniveau:
Als de donder wordt gehoord | De bliksem is . . . |
5 seconden na een flits | op 1 km afstand |
10 seconden na een flits | |
10 seconden na een flits | 2 mijl ver |
15 seconden na een flits | 3 mijl ver |
20 seconden na een flits | 4 mijl ver |
25 seconden na een flits | 5 mijlenver weg |
30 seconden na flits | 6 mijlenver weg |