Pride, wiens rijke baritonstem en onberispelijke song-sense de Amerikaanse cultuur veranderde, stierf zaterdag, 12 december 2020 in Dallas, Texas aan complicaties van Covid-19 op 86-jarige leeftijd.
DALLAS, Texas. – Charley Pride, wiens rijke bariton stem en onberispelijk song-gevoel de Amerikaanse cultuur veranderde, overleed zaterdag 12 december 2020 in Dallas, Texas aan complicaties van Covid-19 op 86-jarige leeftijd.
Geboren als zoon van een deelpachter in Sledge, Mississippi, op 18 maart 1934, kwam Pride tevoorschijn uit de zuidelijke katoenvelden om de eerste zwarte superster van countrymuziek te worden en het eerste zwarte lid van de Country Music Hall of Fame.
“Geen persoon van kleur had ooit gedaan wat hij heeft gedaan,” zei Darius Rucker in de PBS American Masters film Charley Pride: I’m Just Me.
Pride was een begenadigd atleet die aanvankelijk dacht dat honkbal zijn weg zou zijn uit armoede, arbeid en strijd. Maar zijn muzikale inzicht was indrukwekkender dan zijn werparm of slagvaardigheid, en hij ontpopte zich als een van de belangrijkste artiesten bij RCA Records, met hitparadehits als “Kiss An Angel Good Mornin’,” “Is Anybody Goin’ to San Antone,” en “Mountain of Love.” Hij won de Country Music Association’s Entertainer of the Year award in 1971, haar top mannelijke vocalist prijs in 1971 en 1972, en een Lifetime Achievement Award in 2020.
Zijn laatste optreden kwam op 11 november 2020, toen hij “Kiss An Angel Good Mornin'” zong tijdens de CMA Awards show in Nashville’s Music City Center met Jimmie Allen, een moderne hitmaker die Pride tot zijn helden rekent.
Charley Frank Pride was niet de eerste zwarte artiest die belangrijke bijdragen leverde aan de country muziek – DeFord Bailey was een ster van de Grand Ole Opry van 1927 tot 1941 – maar Pride was een wegbereider die opkwam in een tijd van verdeeldheid en rancune.
Na een verblijf in het leger, een tijd gewerkt te hebben in een smelterij in Missouri en een aantal mislukte pogingen om door te breken in de big-league baseball, kwam hij in 1963 naar Nashville en maakte demonstratie opnamen met hulp van manager Jack Johnson.
Deze opnamen bleven twee jaar liggen totdat Johnson een ontmoeting had met producer Jack Clement, die Pride liedjes aanbood om te leren. Op 16 augustus 1965 produceerde Clement Pride in RCA Studio B, en de resultaten van die sessie maakten indruk op RCA’s Chet Atkins, die Pride een platencontract gaf.
In 1967 brak Pride’s opname van Clement’s “Just Between You and Me” door in de country Top Tien, en Pride stopte met zijn baan als smelter. Het ijzererts lag achter hem, en platina platen lagen in het verschiet.
Tussen 1967 en 1987 had Pride 52 country Top 10 hits, won Grammy Awards en werd RCA Records’ best verkopende country artiest. Zijn muzikaliteit opende de geesten en overwon vooroordelen.
“We zijn nog niet kleurenblind, maar we zijn een paar stappen verder gekomen op het pad en ik denk graag dat ik iets heb bijgedragen aan dat proces,” schreef Pride in zijn memoires.
Vandaag de dag voegen zwarte artiesten als Allen, Rucker, Mickey Guyton, Rissi Palmer, Rhiannon Giddens, Yola en anderen nieuwe hoofdstukken toe aan het verhaal van de countrymuziek. Charley Pride’s impact is duidelijk en belangrijk voor hen allemaal, en ook voor elke andere country artiest die bruggen bouwt met melodie en oprechtheid.
Charley Pride ontvluchtte de katoenvelden, waar het werk pijn deed aan zijn handen, rug en knieën. Hij oversteeg en steeg op door verbinding. Door standvastigheid en artisticiteit werd hij lid van de Grand Ole Opry en een geliefd Amerikaans icoon.
Charley Pride was de zoon van Tessie Stewart Pride en Mack Pride, Sr. Hij was de echtgenoot van Ebby Rozene Cohran Pride. Zijn kinderen zijn Carlton Kraig Pride, Charles Dion Pride, en Angela Rozene Pride. Zijn kleinkinderen zijn Carlton Kraig Pride, Jr., Malachi Pride, Syler Pride, Ebby Pride, en Arrentino Vassar. Zijn twee achterkleinkinderen zijn Skyler Pride en Carlton Kraig Pride, III. Hij wordt in de dood voorgegaan door zijn broers Jonas McIntyre, Mack Pride, Jr., Louis Pride, Edward Pride, en Joe L. Pride, en door zijn zus Bessie Chambers. Hij laat broers en zussen Harmon Pride, Stephen Pride, Catherine Sanders en Maxine Pride achter, alsmede talrijke nichten en neven.
In plaats van bloemen vraagt de familie om donaties aan The Pride Scholarship at Jesuit College Preparatory School, St. Philips School and Community Center, The Food Bank, of het goede doel van uw keuze.