Chemische reacties I: Netto ionische vergelijkingen
4.4 Carbonaatoplosbaarheid in zuur
Onderwerpen: Chemische reacties, gasvormende reacties, oplosbaarheid, eigenschappen van zuren, kinetiek
Omschrijving: Wanneer calciumcarbonaat aan water wordt toegevoegd, is het praktisch onoplosbaar. Wanneer het aan een zuur wordt toegevoegd, lost het op waarbij kooldioxide ontstaat. (Optionele kinetiek: Hogere zuurconcentraties zullen de reactiesnelheid verhogen en meer koolzuurgas produceren in minder tijd). In procedure B wordt ijzercarbonaat dat in Demo 4.3 is gemaakt (of vóór deze demo is gemaakt), met zoutzuur (HCl) gereageerd. De HCl lost het carbonaat op, waarbij ijzerchloride ontstaat, dat oplosbaar is.
Reactie A Materialen: | Extra optionele materialen voor kinetiek: |
Natriumcarbonaat of bicarbonaat‡ 0.1M HCl‡ 6M HCl‡ 6 bekerglazen van 100 mL |
‡Marmersnippers en de carbonaten worden bewaard in de algemene chemische voorraadkasten. Zoutzuur wordt bewaard in de kast onder de kap rechts.
Procedure A: Oplosbaarheid van CaCO3
- Giet zuur en water in elk van de gelabelde bekers.
- Voeg calciumcarbonaat toe aan het water en vervolgens aan het zuur en observeer.
- Het calciumcarbonaat lost op in het zuur en produceert CO2-gas. Het zal niet oplossen in zuiver water. De Ksp voor calciumcarbonaat in water is 3,4 x 10-9.
Kinetische optie:
- Zuren toevoegen aan voorgelabelde bekerglazen.
- Voeg carbonaten toe aan de verschillende concentraties zuren en observeer het verschil in reactiesnelheid.
Discussie: Bij de reactie van metaalcarbonaten of bicarbonaten met zuren ontstaat het metaalhalogenide en koolzuur, dat als volgt ontleedt tot kooldioxide en water:
CaCO3(s) + 2HCl(aq) → CaCl2(aq) + H2CO3(aq)
H2CO3(aq) → H2O(l) + CO2(g)
Over het geheel genomen: CaCO3(s) + 2HCl(aq) → CaCl2(aq) + H2O(l) + CO2(g)
Na2CO3(s) + 2HCl(aq) → 2NaCl(aq) + H2CO3(aq)
H2CO3(aq) → H2O(l) + CO2(g)
Overall: Na2CO3(s) + 2HCl(aq) → 2NaCl(aq) + H2O(l) + CO2(g)
De concentratie van oplossingen kan een effect hebben op de snelheid van de reactie. In dit geval geldt: hoe hoger de concentratie van het zuur, hoe sneller de reactie verloopt.
Procedure B: IJzercarbonaat in HCl
Materialen:
- Fe2(CO3)3* in oplossing
- 1M HCl
- 6M HCl
- 2 bekerglazen van 100 mL
- 1 250 mL bekerglas (als Fe2(CO3)3 wordt gemaakt)
- Staaf
- Staafplaat
*(Opgeslagen uit demo 4.3 of vooraf te maken door ~50 mL 0,1 M Na2CO3 toe te voegen aan ~50 mL 0,1M FeCl3 in een 250 mL bekerglas)
Procedure:
- Voeg 1M HCl toe aan een bekerglas van 100 mL en voeg 6M HCl toe aan het andere bekerglas van 100 mL
- Voeg de roerstaaf toe aan de ijzercarbonaatoplossing en plaats deze op een roerplaat en roer.
- Voeg langzaam 1M HCl toe tot de oplossing transparant is.
- Als de reactie te langzaam gaat, voeg dan de 6M HCl toe.
Discussie:
Fe2(CO3)3 + 6HCl → 2FeCl3 + 3H2CO3
3H2CO3(aq) → 3H2O(l) + 3CO2(g)
Over het geheel genomen: Fe2(CO3)3(s) + 6HCl(aq) → 2FeCl3(aq) + 3H2O(l) + 3CO2(g)
Veiligheid:
HCl is bijtend. Zorg ervoor dat u de juiste beschermingsmiddelen draagt, waaronder handschoenen en een veiligheidsbril.
Verwijdering:
Oplossingen van procedure A kunnen met water door de gootsteen worden gespoeld. IJzerchloride moet worden afgevoerd in een daarvoor bestemde container voor waterig afval.